“Een nieuwe lente, een nieuw geluid…’
Iedereen kent deze woorden zo goed dat het lijkt alsof ze er altijd al geweest zijn. Het zijn de eerste woorden uit het gedicht Mei van Herman Gorter.
Met deze aankondiging van een nieuw begin, waarin je het einde al in door hoort klinken, begint een gedicht dat uit drie boeken bestaat, een waar modern epos, waarvan we nu vooral alleen de eerste regels nog kennen. Gorter heeft 4381 versregels nodig om Mei uit de zee te laten oprijzen en weer te laten ondergaan in de branding.
Het gedicht vertelt over het onbevangen en stralende meisje Mei dat hij hopeloos verliefd laat worden op de blinde Balder. Deze jonge god brengt haar met zijn gezang in vervoering maar laat haar vervolgens ontroostbaar achter waarna ze nog een tijd een half-leven door brengt met de dichter die haar als eerste uit de zee zag komen. Het is een lang gedicht dus voor wie nooit aan het einde toe is gekomen… de geboorte van zuster Juni nadert en daarmee is ook het einde van het leven van Mei een feit en wordt ze door haar dichter in de golven onder het zand begraven.
Als je op de afbeelding klikt wordt je naar een mooi artikel van de Koninklijke Bibliotheek verwezen.
De afgelopen twintig jaar heb ik (Elisabeth) met hart en ziel als Dr.Hauschka therapeut gewerkt en er een verdieping in gevonden die ik bij aanvang niet voor mogelijk had gehouden. Al vond ik het af en toe lastig om te kiezen waar ik mijn focus op moest richten, zingen of behandelen, er was zoveel waardevols te leren en te geven in beide vakgebieden dat ik met heel veel liefde beide ben blijven ontwikkelen.
